A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z

Oestrogeen (ER, oestradiol)

Een vrouwelijk hormoon. Kankercellen in de borst kunnen groeien door dit hormoon.

Okselklier

Een lymfeklier in de oksel. Als borstkanker uitzaait, is dat vaak als eerste naar de lymfeklieren in de oksel.

Okselkliertoilet (OKD, okselklierdissectie, okselklierverwijdering)

Een okselkliertoilet is een operatie waarbij de chirurg alle lymfeklieren in de oksel verwijdert. De patholoog onderzoekt of er uitzaaiingen in de lymfeklieren zitten. Bij deze uitzaaiingen kan een aanvullende behandeling nodig zijn. Dat kan met chemotherapie, hormonale therapie, doelgerichte therapie en/of bestraling.

Oligo-uitzaaiingen

Oligo betekent weinig. Als het om 1 tot 3 uitzaaiingen gaat, heet dat oligo-uitzaaiingen.

Orale (mucositis Oromucositis)

Ontsteking van het slijmvlies van de mond.

Osteoporose (Botontkalking)

Het bot heeft te weinig kalk. Hierdoor is er een groter risico dat het bot breekt.

Overerving

Het doorgeven van een erfelijke aanleg voor kanker van ouder op kind.

A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z